Interview met ‘zwarte Sint’ Fred Soerel (84): Wie kent hem niet

Fred Soerel is geboren op 5 december, net als Sinterklaas. Hij twijfelde, vanwege zijn donkere huidskleur, toen hem werd gevraagd om Sint van Nieuwkoop te worden. Toch ging hij akkoord en hij vervulde zijn rol van goedheiligman 27 jaar lang vol overgave. De zwarte Sint leverde nooit problemen op. ‘En Piet zie ik het liefst lekker zwart, zoals hij altijd was.’

De Sinterklaas in mij is rustig, bedaard. Ik weet wat kinderen zijn. Ik heb zelf zes kinderen en kleinkinderen en achterkleinkinderen, maar ik zie elk kind als mijn eigen kind. Ik ga voor ze door mijn stramme knieën, zodat ik oogcontact kan maken en zij niet tegen me op hoeven te kijken.”

Hij gunt elk kind een prachtig sinterklaasfeest, maar dat van hemzelf als kind viel eigenlijk altijd in het water, vertelt Fred Soerel (84) in zijn woning aan de Vijverhof in Nieuwkoop. Net als Sinterklaas ben ik geboren op 5 december. Ik kreeg dus altijd een cadeautje minder.” Voor hem begon het feest pas te leven toen hij zelf kinderen kreeg. Dat hij later bijna dertig jaar lang de Sinterklaas van Nieuwkoop zou worden, had hij toen nooit kunnen vermoeden.

Wie Fred Soerel hoort spreken, hóórt Sinterklaas. Wie naar hem luistert met gesloten ogen, hoort een lage, rustgevende stem. Hij spreekt rustig, deftig zelfs. Hij articuleert zijn woorden zorgvuldig. Doe je je ogen open, dan zie je een donkere man, een kind van Surinaamse ouders met een twinkeling in zijn grote ogen. Het is om die stem dat hij 40 jaar geleden door de Nieuwkoopse ondernemersvereniging werd benaderd of hij de nieuwe Sinterklaas wilde worden. Het is om die huidskleur dat hij aanvankelijk zelf twijfelde.

Toch zei hij ‘ja’ en daar heeft hij nooit spijt van gehad. Voor zover hij weet, is hij de enige Sinterklaas met een donkere huidskleur. Hoewel hij het in het begin een beetje vreemd vond, haalt hij nu zijn schouders erover op. ,,Het houdt me niet zo bezig. Ik heb nooit gehoord dat er meer zwarte sinten zijn of waren in Nederland, maar ik wed dat het er in Suriname een heleboel zijn”, verklaart Soerel. ,,Bovendien, als Sint kom ik uit Zuid-Spanje. Daar zijn de mensen gewoon iets bruiner dan in Nederland. Heel logisch eigenlijk, toch?”

Hij laat een foto zien van zichzelf in sinterklaasornaat. Een bos wit haar, een volle witte baard en wenkbrauwenen en een bril op het puntje van zijn neus, bedekken zijn gezicht grotendeels. Zijn kleur valt eigenlijk nauwelijks op, beaamt hij. Niemand heeft er volgens hem ooit een punt van gemaakt. ,,Ook over mijn donkere ogen niet, mensen zagen toch vooral dat halve brilletje.” 27 jaar lang was hij Sinterklaas van Nieuwkoop. Daarna speelde hij ook nog twee keer ‘onofficieel’ voor Sinterklaas in winkelcentrum Ridderhof in Alphen en een keer in Barendrecht.

Knuffeltje
Hij maakte heel wat verschillende entrees. Hij kwam aan per boot, helikopter, hijskraan en in Nieuwkoop altijd te paard. Daar zweert hij bij, want een Sinterklaas hóórt volgens hem op een paard. Jarenlang deed hij de intocht met paard Poeki uit Leiden. In november reisde hij al af naar Poeki, om langs de spoorlijn te oefenen. ,,Dan klom ik op haar rug en ging de cape over de staart, zodat de knol vast kon wennen. Mijn mijter zette ik voor de gein schuin op. Dat moet een mesjokke gezicht zijn geweest voor passerende treinpassagiers.”

Poeki vervulde de rol van Amerigo altijd prima. ,,Ik gaf haar altijd suikerklontjes en ze accepteerde me.” Aan zijn laatste paard, een hengst uit Bodegraven moest hij even wennen. Vooraf had hij geen tijd gehad om te oefenen. Eenmaal op de rug van het beest stuiterde het dier tijdens de intocht alle kanten op. Eerst dacht Soerel dat het beest niet gewend was aan de cape over de staart, maar dat bleek niet het geval. ,,Eenmaal tussen de muziekpieten, die op hun instrumenten speelden, begon het paard vrolijk te springen en te dansen. Hij wilde tussen de muziek!”

Na de jaarlijkse intocht, bezochten Sint Soerel en een paar van zijn pieten altijd zieke kinderen. Zo kwam hij een keer terecht bij een jongetje dat acuut terminaal ziek was. ,,Hij kon helemaal niks meer en hij werd in zijn rolstoel naar buiten gereden. Mijn paard liep recht op de rolstoel af en ging met zijn snuit langs het gezicht van het jongetje: hij gaf hem een knuffeltje”, vertelt Soerel. ,,Dat was zo indrukwekkend. Iedereen was ontroerd. Later kwam ik voor mijn werk nog een keer bij de moeder van de jongen thuis. Ze vertelde me hoe waardevol het bezoek voor haar overleden zoon was geweest.”

Pietendiscussie
De zwartepietendiscussie maakt Soerel boos. Zwarte pieten hebben met discriminatie niks te maken, meent hij. ,,Zwarte Pieten refereren niet aan slavernij. Sinterklaas is de bisschop van de Turkse stad Myra. Hij moest vluchten naar Spanje en nam de Noren die voor hem werkte mee. Het waren geen slaven, die betaalde hij netjes”, legt Soerel uit. ,,Mensen kraaien en piepen dat Zwarte Piet staat voor discriminatie, maar daar heeft het niks mee te maken. Ik geloof dat wie goed doet, goed ontmoet. Als een kleurling gediscrimineerd wordt, dan heeft hij het er zelf naar gemaakt.”

Soerel heeft zelf één keer in zijn leven met discriminatie te maken gehad. Hij solliciteerde bij een bedrijf in Amsterdam-Noord, vertelt hij. Het bedrijf vroeg om een foto mee te sturen. Dat deed hij niet en hij mocht op gesprek komen. Daar werd hem verteld dat zijn referenties prima waren, maar wezen hem er wel op dat hij de foto niet had meegestuurd. Soerel: ,,’Nee’, zei ik, want dan hadden jullie me niet uitgenodigd. De mannen tegenover me keken elkaar aan en zeiden: ‘Je hebt gelijk’. Daarna kreeg ik een hand en feliciteerden ze me omdat ik was aangenomen. Dit is de enige keer geweest en het prikte me verschrikkelijk.”

Zelfs in zijn jeugd in de jaren 30 in Amsterdam werd hij naar eigen zeggen niet gediscrimineerd. ,,Mijn moeder en ik waren daar de enige zwarten. Ik werd alleen aan alle kanten over mijn bolletje geaaid. Vrouwen die aan mijn krulletjes voelden. ‘Oh, wat mooi en wat lief’, zeiden ze. Gek werd ik er wel eens van, maar discriminerend was het allerminst.” Mensen die actie voeren tegen Zwarte Piet, moeten volgens Soerel ‘eens goed nadenken’ waar ze mee bezig zijn. ,,Ze verstoren een kinderfeest, het feest wordt op deze manier kapotgemaakt. Wie dat doet, is niet goed bij z’n hoofd.”

Omgekleed
Zwarte Piet van kleur veranderen, dat is juist een vorm van discriminatie, vindt Soerel. Met een roetveegpiet kan hij leven, als dat nodig is om de discussie voorgoed te beëindigen. Persoonlijk ziet hij liever dat het blijft zoals het was, want Zwarte Piet hoort volgens hem bij de Nederlandse cultuur. Soerel: ,,Ik zie hem het liefst lekker zwart.”

Mensen maken soms te veel een punt van hun huidskleur, vindt Soerel. Hij vertelt hoe hij een keer een Marokkaans jongetje trof bij de ingang van het pand waar hij voor Sinterklaas had gespeeld. ,,Ik had me net omgekleed en ik zag dat hij zijn snoepjes en cadeautje al had gehad. Toch wilde hij terug naar binnen, naar zijn broer. Toen dat niet mocht, zei hij: ‘dat is vast omdat ik bruin ben’. Ik ging door mijn knieën, keek hem aan en zei: ‘Wie is er bruiner, jij of ik?’ ‘Jij’, zei hij. Ik zei: ‘Dit moet je nooit meer zeggen. Er is niets dat jij niet mag of kan omdat je bruin bent. Je bent zoals iedereen. Nu zijn gewoon de andere kindertjes aan de beurt en je broer komt straks vanzelf naar buiten.”

Tegenwoordig kijkt hij samen met zijn vrouw vanaf de galerij, van hun appartement tegenover het winkelcentrum, naar zijn opvolger Frits Paymans, die inmiddels al 13 jaar Sinterklaas van Nieuwkoop is. ,,Hij zwaait nooit naar me, hij moet van onderuit de zak krijgen”, lacht Soerel. ,,Maar sommige pieten, die waar ik ook nog mee heb gewerkt, komen speciaal voor ons naar boven.”

Hij heeft Paymans er ooit ‘bijgeluisd’, bekent hij. ,,We zaten bij restaurant Tijsterman en ik zei dat hij het van me moest overnemen. ‘Ben je gek?’, zei hij, maar na een paar borrels ging hij overstag. ‘Ik geloof maar dat ik het doe’, was het toen.”

Achteraf gezien vindt Soerel het jammer dat hij de 30 jaar niet heeft volgemaakt als Sinterklaas van Nieuwkoop. Na 27 jaar moest hij noodgedwongen stoppen vanwege gezondheidsredenen. ,,Je moet fit zijn, want je moet toch op een paard kunnen komen.” Hij staat op om de ‘Super Sintbeker’ te pakken, die hij op de logeerkamer bewaart. Er zit een foto op van Soerel verkleed als Sinterklaas. ,,Aan Sinterklaas heb ik altijd een prettig gevoel gehad. Als ik Sinterklaas zie, begint het te kriebelen.”

fred-soerel

Foto: Peter Franken

Gepubliceerd in AD/GH op 12 november 2016

Over Merkproducten

Freelance journalist
Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized en getagged met , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Plaats een reactie